Kritiek op Maker Education

We zeggen het vaak tegen onze leerlingen: door kritiek word je sterker, beter. En dus verwelkomen we een kritisch stuk. In onze schoot geworpen door Jelmer Evers:

Nancy Bailey is, zo lees ik op haar site,  een schrijver die zich sterk maakt voor Public Schools (de alleen maar door de overheid gefinancierde schoolsoort, tegenhanger van de Charter Schools, die ook privaat worden gefinancierd) en Speciaal Onderwijs. Ze is docent geweest en hoofd van een school en is gepromoveerd op het gebied van Educatief leiderschap.

Het is een zeer kritisch stuk. Ze stelt als eerste vast dat Maken een grote vlucht aan het nemen is in de Verenigde Staten: 1400 scholen in 50 staten bij elkaar een miljoen leerlingen (van de vijftig miljoen). Als ik het goed lees heeft ze vier belangrijke kritiekpunten:

1 We weten niet goed of het werkt, Leren door maken en leertijd is schaars. Maken kan nooit het formele leren vervangen.

But if schools incorporate just making projects, when will students formally study biology, chemistry, physics and other sciences and subjects? What about social studies, civics and P.E?

Ik ken de situatie in de VS natuurlijk niet precies maar dit lijkt me wat overdreven. De Maker Educators uit de VS die ik ken, zullen helemaal niet alles willen vervangen door Maker Education. En wij hier in Nederland al helemaal niet. Zoals ik vaak zeg een schrijf, zoeken we naar de goede plaatsen om Maken een plek gegeven. Formeel leren blijft belangrijk.

2 Iedereen kan Maker Educator worden en dat is niet goed voor de beroepsgroep.

With the Maker Movement, anyone with a craft or skill can be considered a teacher. The Internet is rampant with people excited to share their novel Maker Movement ideas. Credentialing falls by the wayside. Even students can teach other students.

Het is belangrijk, vind ook ik, dat de beroepsgroep beschermd wordt. Niet iedereen is een leraar. Dus dat is een goed punt. Ik zie alleen nog helemaal niet dat dit aan het gebeuren is. Bijna alle Maker Educators die ik ken, hebben een formele Lerarenopleiding gehad in een of ander vak. ook de Amerikaanse. Lijkt me in ieder geval dus nóg niet een probleem. De angst voor een leraar voor een miljoen leerlingen is voor wat betreft Maker Education niet waar, integendeel. Zoals ik ook al zei in de Podcast, kost Maker Education juist heel veel man- en vrouwkracht! Dit lijkt me gezocht.

3 Er is een te grote invloed van marktpartijen op Maker Education

The Maker Movement relies on outside partnerships. This is privatization in action.

De eerste groep die ze noemt, lijkt me ongevaarlijk: de musea. Ik denk dat bijvoorbeeld het Exploratorium in San Francisco en NEMO hier in Nederland ongevaarlijk zijn en zelfs heel goed kunnen ondersteunen. Verder weet ik dat bedrijven inderdaad nare dingen kunnen doen. Dus wellicht is dit in de Verenigde Staten een probleem dat goed in de gaten gehouden moet worden. Het enige voorbeeld van een bedrijf dat met de Maker Movement meegroeit, is Autodesk en die doen echt goede dingen zoals Instructables.com in de lucht houden en software gratis beschikbaar stellen voor leerlingen en fablabs.

4 Er gaat geld van Public Schools naar technologie en Maker Movement producten.

The Maker-Movement has one thing in common—money-making devices and software to fill “Maker Spaces.”

Ik kan niet inschatten of dit echt gebeurt. En op welke schaal en hoe erg dit is. Het is een gerechtvaardigde zorg dat dit niet de eerste prioriteit moet hebben, lijkt me. Maar scholen maken keuzes.

In de samenvatting noemt ze bovenstaande argumenten nog eens. Het lijkt me wat voorbarig om dit zo hard te roepen. Haar laatste zin begint goed maar ontspoort volgens mij volledig, ook in de Amerikaanse context:

Students will never get back the time they had to learn, and their futures and ours could be in jeopardy.

In gevaar? Lijkt me overdreven

Arjan van der Meij

Presentatie Professor Iversen

 

schermafbeelding-2016-10-25-om-21-57-41Ole Sejer iversen is hoogleraar aan de Universiteit van Aarhus In Denemarken en momenteel voor een paar maanden met zijn gezin in Stanford CA USA. We (Per-Ivar en ik) hebben Ole al een aantal keer ontmoet. In Delft bij de promotie van Fenne van Doorn op 30 maart 2016, in begin mei bij de FablabatschoolDK conferentie in Silkeborg en Per ontmoette Ole vorige week nog op Stanford bij de Fablearn Conference. Via Facebook kwam ik zijn presentatie tegen die hij nog gaat uitspreken. In Denemarken doen ze heel serieus onderzoek aan Maken en Leren. Best een beetje jaloersmakend.[pdf-embedder url=”https://makered.nl/wp-content/uploads/2016/10/TLTL.pdf” title=”tltl”]

Klik hier voor de oorspronkelijke plek van het bericht.

De cijfers alleen al zijn indrukwekkend:

  • 6 wetenschappers
  • 4 gemeentes
  • 30 scholen
  • 670 docenten
  • 5000 studenten
  • 60 opgeleide docenten

Het is dan ook niet gek dat er goed onderzoek uitkomt. Maar naast het onderzoek doen ze daar ook aan het uitbouwen van het gedachtegoed o.a. door middel van het mede bouwen van FABlabs op scholen en doen ze ook veel aan trainen van docenten. Al met al een zeer ideale situatie. Het onderzoek laat zien dat leerlingen Digitale fabricage best moeilijk vinden. Daar is nog veel werk aan de winkel dus. Ook (misschien is dat wel de oorzaak) missen docenten ook nog de juiste vaardigheden, technisch en didactisch, om maakonderwijs op de juiste wijze te geven. Het kader van de Design Circle kan houvast bieden.

Arjan van der Meij

President Obama: Ik ben een nerd!

Ik geef het toe: ik ben idolaat van deze man. Al zo vaak heeft hij dingen gezegd die zo raak zijn. En niet alleen over wetenschap. Maar daar weet hij ook zo precies te zeggen hoe het zit. Op 13 oktober 2016 hield de president een toespraak op Carnegie Mellon Universiteit in Pittsburgh. Het onderwerp: de toekomst van innovatie. Een prachtige toespraak die het waard is om helemaal te zien. Maar halverwege zegt hi iets moois:

Transcript:

I’m a science geek, i’m a nerd and I don’t make any apologies for it, I don’t make any apologies for it. It’s cool stuff and it is that thing that sets us apart, that ability to imagine and hypothesise and then test and figure stuff out and tinker , make things and make them better. And then break them down and rework them.

Tsja, wat moet je daar nu aan toevoegen. Hoewel. Dit is ook mooi. Obama heeft een aantal kinderen benoemd tot Kid Science Advisors. Lees hier het verslag van één van hen.

Arjan van der Meij

Podcast over Maakonderwijs

aoo_banner_v1Als eerste de Podcast van Don Zuiderman en Karen Jong, Anonieme Orang-Oetan genaamd. Don en Karen zijn een nieuwe serie begonnen. Dit was de tweede in de serie. De vorige ging over onderwijsmythes (zeer het beluisteren waard), de volgende zal gaan over Professionalisering (met o.a. René Kneyber, Jelmer Evers Frans Droog en Jaap Versfelt). En deze ging dus over Maakonderwijs.

Per-Ivar en ik togen naar Utrecht waar we in een nondescript kamertje en heel leuk en lang gesprek hadden met Don en Karen. De vragen ware scherp en kritisch en Per en ik hebben hopelijk het verhaal genuanceerd vertelt. Verder hoor je aan het begin Astrid Poot die, zoals we altijd weer merken, heel goed kan vertellen waarom maken zo goed is voor iedereen. Ook een prachtig en overtuigend pleidooi voor haar Klooikoffers. Verderop horen we Gerald van Dijk die een aantal terechte kritiekpunten naar voren brengt over met name de didactiek. Hij eindigt, als een echte gentleman met een mooi compliment over onze “cowboymentaliteit”. Rolf Hut doet (zoals vaker) het onmogelijke: drie knutselprojecten uitleggen op de radio! Verder nog een impressie van de Makersbuzz van Cubis met Lonneke Jans. Ook Juf Maike reageert vanuit het perspectief van de basisschool. De column van Don maakt het helemaal af “Meer buurmannen in het onderwijs!“.

Luister hier: [soundcloud url=”https://api.soundcloud.com/tracks/289771502″ params=”color=ff9900″ width=”100%” height=”166″ iframe=”true” /]

Of beluister het via iTunes.

Arjan van der Meij

 

 

Nederlands (dag 6)

De nachten zijn weer helder en dat is goed te merken. Het is koud als ik wakker word. Mijn lichaam blijft zich verzetten tegen het andere ritme en om 04.30 uur ben ik al weer klaar wakker. Vandaag is de Nederlandse dag. Op het programma vandaag een bezoek aan Anouk Wipprecht bij Pier 9 en Corine Brouwer. Anouk behoeft geen introductie denk ik. Als dat toch zo is dan is dat een schande, klik hier om het te herstellen. Corine is een lerares scheikunde, ze woont nu een jaar met haar gezin in Californië.

Om 12.00 uur word ik bij Pier 9, de coolste makerspace ter wereld, verwacht. Nog genoeg tijd om eerst mijn koffer in te pakken en nog een broodje te halen bij, jullie raden het al, mijn vrienden van de Driftwood Deli. Terwijl ik in het zonnetje mijn broodje zit te eten, zie ik mailtjes van de andere fellows voorbij komen. We zijn allemaal trots om deel te mogen zijn van deze gemeenschap. Dat je Fablearn Fellow bent geworden is geen prijs of oorkonde. Het is een uitnodiging om samen te werken om het maakonderwijs verder te brengen. Dat is natuurlijk niet voorbehouden aan alleen fellows (hier later meer over). Om die trots te laten zien besluit ik nog een trui te kopen. Ik heb net genoeg tijd om nog even langs Stanford te gaan. Er zijn 10 verschillenden parkeervakken met allemaal eigen bordjes erboven. Ze houden hier van regeltjes. Ik parkeer mijn auto, heel illegaal, op een laden en lossen plek. Zo’n doen Europeanen dat, haha. Licht gehaast door mijn burgerlijke ongehoorzaamheid scoor ik nog een trui. Bij de kassa krijg ik uitgebreid complimenten voor mijn keuze. Ik heb weer de best mogelijke keuze gemaakt, topkwaliteit! Right.

Terug naar de auto. Ik stel de TomTom in naar Pier 9. De route voert deze keer over de 280 i.p.v. de 101. Wat een verschil! Veel minder exits, veel rustiger en het belangrijkst, veel mooier! Het is genieten, wat een geweldig landschap waar ik door heen zoef. Met de Perfect Chart van St. Paul op Spotify aan is het gewoon een feestje. Ook het laatste stukje over Front Street, waar alle pieren aan liggen, is erg mooi.

Pier 9, ik ben er. Lekker parkeren voor de deur (rib -1). Ik ben precies op tijd. Je hebt een afspraak met een Nederlandse of niet. Voor het inchecken vul je zelf je gegevens in op een touchscreen. Slim! Of de baliemedewerkster is gewoon lui. Dat kan ook. Verveeld is ze volgens mij wel. Met mij Exploratorium t-shirt aan zie ik er zeker niet genoeg start-up uit, ze kijkt me nauwelijks aan en ik krijg met een routineus handgebaar mijn sticker. Gelukkig duurt het niet lang of Anouk komt naar beneden lopen. Meteen begint ze te kletsen en vraagt ze naar mijn t-shirt. Ik hang de toerist uit, vertel ik haar. Beter de dingen goed dan half doen. Ze waardeert de grap denk ik en giechelt een beetje. We gaan in een behoorlijk tempo door Pier 9. Anouk vertelt me dat ze hier zo’n beetje dag en nacht is. Er is geen betere plek toch? Om de machines te mogen bedienen volg je classes. Wanneer je dat afrondt mag je de machine bedienen maar nooit alleen. Na kantooruren moet er een …, ik vergeet het woord. Het was een heel goed woord, laten we het op buddy houden (shoparone, thanks Anouk). Je moet dus met iemand zijn wanneer je de machines bedient. Of dat alleen voor de grote apparaten, zoals de waterjet, en mega CNC-frezen, ben ik vergeten te vragen. Maar het zit allemaal slim en logisch in elkaar. Zoals bijvoorbeeld ook de keuken. Op elk kastje staat wat je er kan vinden. Handig met zoveel bezoekers.

We lopen door en komen na wat andere ruimtes (hout- en metaalwerkplaats) aan bij de 3D-printers. Hier werkt Anouk veel mee. Haar favoriete apparaat rukt ze open om de ingewanden te laten zien. Twee koppen om mee te printen. Flexibel met hard materiaal, of verschillende kleuren, wateroplossend supportmateriaal met iets anders. Het is allemaal mogelijk op deze printer. De kwaliteit is fantastisch! Dit is 3D-printen! We hebben het even over onze moeite iets goeds te doen met de 3D-printers. Dat zijn geen 3D-printers, je kunt er niet zoveel mee, vind ze. De laatste Ultimaker is ze wel iets enthousiaster over. Maar toch, pas op de machines zoals ze bij Autodesk staan wordt het goed en bruikbaar. Als je kinderen een eerste ervaring geeft, dan moet die heel goed zijn! Een goede raad, lijkt me. Er worden veel nieuwe filamenten getest. Eén van de redenen waarom er ‘artist in resendence’ zijn bij Autodesk.

Het is weer een slim concept, mensen die de grenzen van de mogelijkheden opzoeken, met de producten aan de haal te laten gaan. We lopen verder het hart van instuctables op. De meeste bureaus zijn leeg. Ze zijn op lunchbreak. Jammer wel, graag had ik even gevraagd of ze de instuctable van Jort en Seef kennen. Die is behoorlijk populair. We stoppen bij het bureau van Shalom. Er wordt een prototype in m’n handen geduwd van een elektronica platform van Autodesk, samen met een 3D-print van de Ember. Dit is de vloeistof 3D-printer van Autodesk zelf. Indrukwekkend! We steken over en komen bij een bureau met schoenen aan. Het materiaal waar de schoenen van gemaakt zijn komt uit de 3D-printer. Twee ‘artists in resendence’ zijn met elkaar gaan samenwerken. De ene was met structuren bezig, de andere met schoenen. Zo werkt dat dus hier. De som is groter dan de delen. Het allerlaatste kamertje is van Anouk. Daar liggen allerlei spullen voor haar nieuwste jurk. Ik mag er niet teveel over zeggen (klinkt stoer toch?) maar het wordt geweldig!

Ze vertelt over haar werkwijze. Ze heeft spijt dat ze niet een grotere achtergrond in programmeren heeft. Fijn dat een formele opleiding gewaardeerd wordt op zo’n ultra hippe plek. Toch lukt het haar. Het is mooi om te kijken hoe ze zich beweegt tussen de spullen. Je ziet het, dit is haar plek. Veel van de dingen die de gebruik worden hebben we op school ook! Goed om te zien. Wat een geweldig canvas is een Arduino met wat elektronica toch! We sluiten af met een kop koffie op de bank. Er lopen voortdurend mensen Pier 9 binnen. Oh, ken je die? Die heeft dat opensource platform voor kunsthanden gemaakt. Zo gaat het nog wel even door. Ik vraag of ze nog tegen dingen aanloopt. Die zijn er. Ik krijg een inkijk in de wereld van iemand die op de hoogte is van de grenzen van onze technische mogelijkheden. Ze heeft een paar hele scherpe inzichten. De mooiste vind ik die van zelfrijdende auto’s. Die moeten verboden worden, of wij moeten allemaal digitaal zichtbaar zijn voor de auto. Er is een digitale aanwezigheid van onszelf nodig. We moeten in een netwerk hangen zodat de auto’s precies weten waar we zijn. Dan gaat het nooit mis. Die koppeling tussen de fysieke en digitale wereld komt in het werk van Anouk ook steeds sterker naar voren. Jurken die interfacen (wat is hier een goed Nederlands woord) met je lichaam. Hoe ver moet dat gaan? Wanneer je dadelijke en kunstnier hebt die online is, is die dan te hacken? Het is niet gek dat ze dat noemt. Ze komt uit de hackerscene. Maar ze heeft een punt. Hoever gaan we daarin?

Ze sluit af met een waarschuwing. De technologie haalt ons in! We voeren deze discussie niet! Daar moeten we nu mee beginnen. Ik zag het nog niet eerder zo scherp maar voel het ook aan. Het lijkt me een taak voor het onderwijs. We moeten onze kinderen kennis laten maken met deze nieuwe mogelijkheden zodat ze op z’n minst een keuze hebben. Het idee om eens iets met big data (dat kreeg ik ooit na het lezen van dit boek) popt weer in m’n hoofd op. Ze moet verder. We huggen Amerikaans en sluiten af met een High-Five. Een harde. Met een tintelende hand loop in Pier 9 uit. Deze chick is badass!

 

Nog iets van drie uur te gaan in deze bijzondere stad. Ga ik rechts naar het Exploratorium of links naar het Ferrygebouw. Rechts kan ik ook nog Market One meepakken. Daar zit het bureau van Autodesk met ‘the gallery’. Dit stuk ken ik nog niet. Het wordt linksaf. In het Ferry gebouw zijn allerlei leuke winkeltjes. Ik koop wat souvenirs voor mijn meiden en voor Arjan. Deze trip mag ik de Amerikaanse TomTom van hem lenen en regel is, je neemt een souvenir mee (iedereen die naar de VS gaat mag hem lenen). Naar Market One! Het is even zoeken naar de juiste plek. Uiteindelijk wijst een strenge bewaker me de weg. Hij maakt een opmerking over mijn t-shirt. Waar kan ik mijn diploma ‘tourist’ ophalen? De man kan er niet om lachen. Eigenlijk is dit de eerste keer dat ik niet zo mierzoet wordt behandeld. Ik doe nog een beetje onnozel en met zichtbare tegenzin loopt hij met me mee om de weg te wijzen. Op de plaats van bestemming aangekomen blijkt ‘the gallery’ dicht voor bezoekers. Het geven van tegengas, Anouk me heeft gestuurd, haalt niets uit. Het levert wel een boek op. Iemand teleurstellen, dat kan natuurlijk niet. Ik stop het boek in m’n tasje met de andere spullen. Toch maar even het Exploratorium? Het is zo moeilijk in deze stad.Zoveel dingen te zien te doen. Elke bezienswaardigheid lijkt zijn eigen zwaartekrachtveld te hebben. De hoofdredactie van Make zit ook op een paar minuten lopen. Zal ik dat doen? Brutaal binnenlopen en zeggen dat een abonnee van het eerste uur uit Nederland er is. Ik voel ook het Exploratorium aan me trekken. Ik besluit me als een satelliet te laten gaan en te zien werk zwaartekrachtveld vat op me krijgt. Het Exploratorium wint.

Nog twee uur te gaan voordat ik Corine op Cayote point ontmoet. Aangekomen aan de kassa besluit ik de opmerking over mijn shirt voor te zijn. Strike first! Of ik korting krijg met mijn Exploratorium t-shirt. “Wearing a t-shirt doesn’t do it, sorry” antwoordt de man chagrijnig. Wat dan wel? Student of leraar. Ha, dus werd het korting! Ik zal vooral wat beelden laten zien want we hebben al eerder over dit museum geschreven. Het is de plek op aarde met de grootste verwonderdichtheid. Er is een nieuw stuk, Science of Sharing. Het is weer briljant gedaan. Je kunt allerlei beroemde sociale experimenten , zoals het prisoners dilemma, naspelen. Zo goed. Je moet wel telkens met twee of meer zijn. Voor het eerst voel ik me wat alleen. Het levert wel een inzicht op. Verwondering moet je delen. Of beter gezegd, verwondering leidt tot delen. Tot sociaal zijn. Omdat het zo rustig is en er niemand is om mijn verwondering mee te delen, neem ik genoegen met dit inzicht. Het wordt tijd om verder te gaan. Tijd om SF gedag te zeggen en de neus van de auto naar het zuiden te richten.

Corine heeft een van haar favoriete stekkies uitgekozen om met me af te spreken. Coyote point, net naast het vliegveld. Het is mega druk op de weg en er zijn werkzaamheden. Ondanks dat ik een uur had uitgetrokken voor de reis van een half uur, kom ik te laat aan. Corine wacht me op en begroet me Amerikaans met een hug zonder zoen. We beginnen gelijk over onderwijs te kletsen. Over de ervaringen van Corine met het systeem in de VS. Het is een oneerlijk systeem zo luidt de conclusie. Eigenlijk missen ze het VMBO hier. Dat iedereen maar naar college wordt geduwd gaat haar aan het hart. Het valt niet altijd mee om hier les te geven. Regelmatig gaat haar telefoon. Het zijn ingesproken berichten van school. Het is hier heel gebruikelijk om belangrijke schoolinformatie met zo’n bericht via de telefoon te verspreiden. In Nederland zouden we dat met een brief of email doen. Dat werkt hier niet. De telefoon is het enige middel om ook de low-income gezinnen te bereiken. We genieten van het uitzicht en kletsen verder. Corine heeft komkommers en wat te drinken meegenomen. Ze had gevraagd wat ik wilde eten. Groente graag. Dus werden de chips nu komkommers. Het is lekker om over het onderwijs te kunnen praten. Voor mij is het ook verhelderend. Nu eindelijk spreek ik met iemand die beide systemen kent. Ondertussen vliegen de vliegtuigen in tandems naast elkaar aan op SFO. Echt heel gek om te zien. Omdat het koud begint te worden, lopen we langs de waterrand terug. Op drie minuten afstand zit een Mexicaan. Heel erg goed eten verzekerd Corine me. Door een typische low-income wijk (veel latino’s en één wasserette voor de hele wijk) komen we aan. De tent zit vol en we bestellen ons eten. Het is inderdaad heerlijk. Super nacho’s! Zo heette het gerecht. Vlak voordat we weer uit elkaar gaan laat ze me een uitnodiging voor een feestje van docenten zien. Het is in Palo Alto. Het is mooi geweest en ik wil de avond rustig doorbrengen. De lange en intensieve dagen begin ik nu pas te merken. We huggen en op de snelweg zwaaien we nog. Wat bijzonder om een collega in Californië te spreken. Dank je wel!

Dat was het dan. Nog één keertje naar de Deli, nog één nachtje in de VS. Het is een geweldige ervaring geweest. Het is dat je ideeën niet in een koffer bewaart want anders zou ik zeker extra moeten betalen. In het vliegtuig kan ik straks lekker m’n hoofd laten gaan. Het zwaartekrachtveld van thuis begint voelbaar te worden, het trekt meer aan me. Ik wil naar huis.

San Francisco (dag 4)

img_9760Op twitter zag ik Arjan mij een compliment geven voor de verslaglegging van deze reis. Dat is lief maar ik moet zeggen, het is door Arjan dat ik dit doe. Hij heeft op de vorige trip ons laten zien hoe waardevol het is. Daarnaast voel ik ook een verantwoordelijkheid en een noodzaak om het te doen. Het geld dat ik krijg voor deze reis is publiek geld en we hebben elkaar hard nodig wanneer we het maakonderwijs goed willen doen. Dus delen moet! Zoals Sylvia zegt, we moeten waken voor wanneer het nieuwtje eraf is. Dan komt het erop aan. Ik zie het maar als een manier van maakproces ‘hoe maak je maakonderwijs’ te documenteren. Het is daarnaast een fijne manier van je gedachten ordenen. Het is nodig, de dagen zitten supervol met indrukken, activiteiten en daardoor ideeën. Het gaat allemaal net wat sneller hier en het voelt alsof ik al weken weg ben.

De dag begint dit keer wat rustiger. Ik heb een globale afspraak met Maria Anderson om haar ergens rond 10u op te pikken. Maria is architect van opvoeding. Ze heeft een deel van de digitale fabricage module ontworpen die gebruikt wordt om leraren op te leiden om maakonderwijs te geven. Zoals we al eerder schreven, de Denen hebben het goed voor elkaar! Voor het ontbijt ga ik weer naar mijn favoriete zaak, The Driftwood Deli op El Camino Real. Ze kennen me inmiddels en begroeten me heel vriendelijk. De broodjes zijn van galactische klasse. Ze hebben zelfs tijgerbrood! Dutch crunch, noemen ze het. Ik vertel maar weer het verhaal dat wij Dutchies het ’tiger bread’ noemen. Ze vinden het mooi en overwegen om de naam te veranderen. Het is het meest favoriete broodje, er worden er 120 van per dag verkocht. Tijdens dit gesprek merk ik dat ik gestopt ben de zinnen die ik wil uitspreken eerst in het Nederlands te vormen. Ik denk in het Engels! Ik moet lachen om dit inzicht en loop grinnikend de winkel uit.

Nadat ik heel Amerikaans mijn broodje in de auto heb opgegeten, rij ik richting het hotel waar de Denen zitten. Het is even verderop op El Camino Real. Als het goed is zie ik daar mijn mede fellow Ana nog even. Ik neem het boek ‘Delft Design Guide’ als een cadeautje voor haar mee. Het is een klein ding dat ik terug kan doen omdat we door Mads Bo-Kristensen in Denemarken als vorsten zijn behandeld. (verslag hier te vinden) Ana vond het teveel. Blame Mads, zei ik haar. We hebben het heel even over het boek en Ana vertelt dat ze het in de FabLab bibliotheek gaat zetten. De bibliotheek en het FabLab zitten bij elkaar en er is een dubbele set boeken aanwezig. Eén set die altijd in het Lab blijft en een andere set waarvan je boeken kunt lenen. Weer een mooi voorbeeld van Danisch Design. Ik moet nog even wachten op Maria, er is wat gesteggel over de rekening. In het dure Sherington Hotel betaal je apart voor je ontbijt en je crapy wifi. Wat ben ik blij dat ik niet in een hotel zit! Kijk maar eens naar onderstaande foto. Go airbnb! Ik knuffel Ana en Maria en ik vertrekken naar SF.

img_9745

Na een rit van 45 minuten parkeren we voor het Exploratorium. Het plekje op aarde waar de verwonderdichtheid het grootst is. Ik scheur een rib uit mijn lijf en we laten de auto achter. We zijn iets te vroeg. We (of eigenlijk ik, Maria hoopt mee te sneaken) hebben om 1u een afspraak met de geweldige jongens van de Tinkerringstudio. De educatieve afdeling van het museum. Gelukkig is de shop van het museum open. We lopen naar binnen en ik zie de ogen van Maria groter worden. Wat een gave zaak! Het is een snoepwinkel voor nerdjes. De shop is lekker rustig en we nemen onze tijd. Nadat we onze buit hebben afgerekend hebben we nog tijd over om even snel bij de zeeleeuwen op Ficherman’s Wharf te gaan kijken.

 

img_9752

 

We zijn precies op tijd terug. In het museum wacht Sebastian ons op. We krijgen een badge en lopen naar binnen. Onderweg word ik herkend door één van de Amerikanen die ook meelopen naar binnen. Jij bent die gast van de ATtiny breakout. I love it! Het it raar om mee te maken. We gaan de Tinkeringstudio binnen. Naast nog wat mensen zijn mijn mede fellows Mario, Mathias en Sofia er ook. Wat cool! Ryan en Sebastian leggen uit dat ze graag ideeën willen delen. We maken een rondje en al snel blijkt er een gemeenschappelijk thema: papieren circuits. Of eigenlijk is het nog preciezer. Dit kunstwerk van Jie Qi is wat een aantal van bewoog om met papieren circuit en het programmeren van ATtiny’s aan de slag te gaan. (klik hier voor een schatkamer aan mooie projecten)

 

Nadat iedereen zijn verhaal had wordt het meer informeel. De een loopt rond en maakt foto’s, de ander geeft een demo, er worden veel ideeën gedeeld. Ik praat eerst even met een onderzoeker waarvan ik de naam vergeten ben. Hij doet precies het type onderzoek waar naar mijn oproep een vraag over kreeg. Het leek me slim om te proberen deze onderzoeker te koppelen aan de student van wie ik een vraag kreeg. Het was een leuk gesprek. Wat ik vooral opvallend vond is dat hij heel objectief bleef. Directe instructie, wat in hier in rijk SF een soms een vies woord lijkt, werd niet vergeleken of afgezet tegen het maakonderwijs. Ze zijn complementair. Ze hebben elkaar echt nodig. Je kan niet creatief zijn zonder kennis. Iets wat ik Arjan ook vaak hoor zeggen. Zijn onderzoek is nog niet af maar hij stuurt me zijn draft versie. Het is lekker rommelig in de studio. Ik voel me daardoor thuis. Fijn allemaal spulletjes, halve projecten, te grote projecten die je niet wilt weggooien maar telkens in de weg liggen. Ik herken het.

Ik zie Sofia staan en loop naar haar toe. Ze is bezig met de kleine papieren elementen die je kunt programmeren via Scratch. Ze vertelt me dat dit oorspronkelijk haar idee is. Ze is een bekende binnen de Scratch gemeenschap en doet geweldige dingen.

 

We beginnen te praten. We vinden dit idee beide te gek. Je kunt het verhalend gebruiken waardoor er ruimte is voor fantasie. Zodra de fantasie aan gaat, gaan er meer dingen aan. Het is een hele natuurlijke en drijvende kracht achter leren. We hebben allebei ideeën om het verder te brengen. Omdat we als fellows volkomen vrij zijn in wat we doen, besluiten we dit samen op te pakken. Het is goedkoop, divers, toegankelijk maar niet te makkelijk. Low floor, high ceiling, wide walls. We sluiten af met een high-five en lachen. Het loopt anders dan ik had gedacht. Ik had de hoop meer te gaan klooien. Toch is deze snelkookpan van ideeën ook wel een leuke ervaring. Ik krijg nog een prototype van Jie Qi te zien. Een simpel bordje dat je kunt programmeren en aansluiten op je papieren circuit. Heel cool! En als je dat zegt, dan krijg je er eentje mee. Probeer maar, ik hoor het wel. Ik heb zojuist hetzelfde gedaan en al mijn ATtiny materialen om te zeefdrukken weggeven. Zo gaat dat dus bij makers. Het is tijd om te gaan maar niet voordat er een selfie is genomen vond Ryan. Kijk! Wat een fijne gasten zijn dit.

img_9783

 

De andere fellows vertrekken naar het vliegveld. Het is gek, maar ik ga ze echt missen. Mathias verzekert me dat we elkaar snel weer zien. Buiten blijf ik met Maria over. Voorzichtig informeert ze naar mijn plannen. Zullen we anders samen de stad inlopen en straks eten. Dat is gezelliger dan alleen. Ik had opgezien tegen het alleen zijn, het alleen eten, maar ik ben bijna nog niet alleen geweest. Let’s go!

Het is leuk om met een architect door de stad te lopen. Maria kijkt met andere ogen naar haar omgeving, dan ik. Ze legt me uit wat ze mooi vindt en waarom. Ik krijg ook wat achtergrond informatie. Het financieel district waar we doorheen lopen vind ze saai en lelijk. Soulless. We stoppen regelmatig voor foto’s en plekken om mooie lijnen te kunnen zien. Het zet me aan het denken. Wat heeft kennis toch een grote invloed op je perspectief. We vinden het maar niets waar we lopen. Wanneer we een hele coole fietsenzaak tegenkomen (ik vergat foto’s te maken, ik was te druk met kwijlen) besluit Maria actie te ondernemen. Waar moeten we heen om wat te eten, een beetje gezellig en goed. De fietskoeriers die er rondhangen overleggen en we krijgen instructies. Het is vlakbij. Het bleek 45 minuten lopen. Maar ze hadden gelijk. We vonden een geweldig Mexicaans restaurant, waar ze de portie wel goed hebben. Na het werkelijk heerlijke eten en geweldig bediening drinken we ook nog koffie in deze fijne wijk (Hayes Valley). Daar gaan de porties trouwens weer wel mis. Een kleine latte blijkt een soepkom te zijn. We krijgen die zonder blikken of blozen overhandigd dus het is geen candid camera. Maria neemt een taartje bij de koffie. Eén van de taartjes heet ‘Danoise’, bij wijze van grap bestel ik die.

 

We lopen een uur terug naar de auto. Maria wijst me erop hoe snel de atmosfeer in stad kan veranderen. Van de cosy wijk waar we waren naar de lelijke hardheid van Marketstreet met de vele daklozen. Het is soms letterlijk een kwestie van de hoek omgaan. Het valt me op dat de daklozen ook nog eens volkomen in etniciteit gescheiden zijn. Bevreemdend en het neemt iets van het enthousiasme dat ik voor deze stad voel weg. Lastig.

Na een uur zijn we bij de auto. Maria belt een taxi en niet veel later wordt ze opgehaald. Ik ben altijd welkom in Velje, vertrouwt ze me toe. Tijd om mijn ‘wheels’ op te zoeken en naar huis te rijden. Terwijl ik wegrij vallen met de lichten van de Bay Bridge direct op. Ik neem snel een foto. Even later zie ik het Stadion van de Giants, ik neem weer een foto. Het dringt tot me door, dit was weer een rijke dag. Met 65 mph op de teller zoef ik tevreden naar huis.

 

Fablearn (dag 3)

Ok, poncho aan en op weg voor dag drie van Fablearn. Regen in Californië maar niemand klaagt. Iedereen is zich bewust van het waterprobleem, de grote droogte van de afgelopen jaren. Nou ja, iedereen, in de superrijke buurt waar ik logeer staan er toch wat sproeiers in de tuinen aan. (Later hoor ik dat dat een flinke boete op staat. Na regen mag je een dag niet sproeien. Ik denk nier dat een boete een probleem is in deze wijk.) Ik sluit me bij de meeste mensen uit Californië aan, ik klaag ook niet. Met een poncho en capuchon op vallen me weer andere dingen op. In veel tuinen staan bordjes voor de verkiezingen. Het zijn lokale verkiezingen, voor het schoolbestuur, voor de gemeenteraad. Het is allemaal heel erg op de persoon gericht, ik kan geen lijn ontdekken of er ook partijen bij betrokken zijn. Getuigen de foto hieronder zijn de wensen, ondanks de rijkdom, overal in de wereld gelijk.

img_9643

Niet veel later steek ik El Camino Real over naar het terrein van Stanford. Het voelt al een heel klein beetje als mijn Stanford. Ik neem mezelf voor later een trui te kopen. Op het terrein worden over tenten opgebouwd voor het alumni-weekend dat er aan komt. Het is een bijzonder jaar want Stanford is 125 jaar oud. Van de aanstekelijke leuke Jeannine Huffmann hoor ik dat ze begonnen zijn als landbouw universiteit. Vandaar al dat mooie groen 🙂

Het wordt weer een drukke dag. Dit is het programma voor de zondag:

  • Educator Ignite Talks
  • Research Panel #2
  • Young Maker & Demo Poster Session
  • Sunday Afternoon Workshops & Educator Roundtables
  • Young Maker (Student) Panel #2
  • Closing Keynote – Erica Halverson & Richard Halverson
  • Conference Wrap-up

Net als op dag twee zal ik me een beetje richten op de dingen buiten de grote zaal. Als het goed is komen alle onderdelen later online. Vooral de keynotes zijn de moeite waard om nog eens terug te kijken. Ik houd me niet helemaal aan deze richtlijn want soms neemt het pure enthousiasme het over. Zoals tijdens de educator ignite talks. Het is al inspirerend om te zien wat andere docenten doen, maar soms denk je, dit MOET ik ook doen. Dat is het geval wanneer Jaymes Dec begint te vertellen. Hij is een fellow uit het eerste cohort. Ze worden senior fellow genoemd maar verzetten zich hiertegen. Wat weer aanleiding voor de nieuwbakken fellows is om ze te plagen. Anyway, Jaymes vertelt over de Nerdy Derby. Een prachtig gemaakte racebaan waar leerlingen (alleen meiden bij Jaymes) hun eigen gemaakte autootjes van een helling laten afroetsjen. Niet een echt ‘meisjes’ ding maar toch werkt het. de racebaan staat centraal in de kantine van de school. Er worden door de leerlingen allerlei wedstrijden verzonnen en gehouden in de pauze. Wie is het eerst beneden, (duh), wie is het laatste beneden (hahaha) en wie is “Queen of the Hill’, wie laat zijn autootje precies op de heuvel stranden. Wat te gek! Dit wil ik ook! Maar er zijn ook problemen. Er beginnen meiden geheime “skunkworks” werkplaatsen op te zetten onder tafels. Er is ‘ineens’ interesse in elektronica. Er wordt vals gespeeld met motortjes! Dit leidt weer tot een nieuwe wedstrijd, wie is het snelst weer boven aan de baan, de heuvels op dus. Het volgende probleem is de rommel. Omdat de ruimte ook als kantine dient moet er opgeruimd worden. Daar hebben de meeste meiden niet zo’n trek in. De oplossing is de invoering van Derby Dollars. Met een opgeruimde plek verdien je Derby Dollars waarmee je weer extra materiaal kunt kopen voor je autootje. Er ontstaat een heuse economie die de echte dollars soms vervangt. Zo cool! En dat allemaal met een racebaan. Dit MOETEN we ook op de Populier. Gelukkig gaat het ook hier weer op, makers delen alles. Nu moet ik nog een grote CNC frees zien te vinden, iemand?

In de pauze die volgt blijken meer fellows een trui van Stanford te willen kopen. We beginnen volgens mij allemaal een beetje trots te worden dan we bij deze mooie gemeenschap horen. De Stanford store is om de hoek en we knijpen er even tussenuit. Dat even werd al snel wat langer, wat een keuze! Er zijn wel 10 verschillende merken en die hebben allemaal weer verschillende varianten. Maar het lukt, ik vind een klassieke Amerikaanse sweater met Stanford erop. Ik krijg aan de kassa complimenten voor mijn keuze. Heel Amerikaans. Snel terug om wat eten te scoren. Het eten is overigens goed geregeld. Op het ontbijt na, geen vette rommel maar quinoa met veel groente en weinig vlees. Er is zelfs een vega optie. Tijdens de lunch praten we over onze projecten, delen we ideeën en vertellen we elkaar over hoe we wonen. Zo vertelt Daniel me over de huurprijs van $2600/maand in NYC waar hij woont. “It’s actually a good deal.” Wat?! Nadat ik mijn kin weer van de tafel heb geraapt is er nog net genoeg tijd om te eten voor het allemaal weer begint.

Het programma gaat verder in de grote zaal. Leerlingen presenteren in twee zinnen hun project. Het moet als lokkertje dienen voor de posterpresentatie direct hierna. Er zijn leerlingen uit diverse landen, waaronder Polen en Thailand, aanwezig. Hieronder volgen wat plaatjes en beelden uit die sessie. Er was helaas te weinig tijd om met alle leerlingen te spreken. Dat was echt zo jammer want ik heb zulke gave verhalen gehoord. Kippenvel. Bij allemaal zie je enorm zelfvertrouwen, omdat ze de projecten zelf hebben gedaan, omdat ze zelf dingen wilde leren. Een mooi voorbeeld is een meisje met een klok. Ze heeft met een Arduino een klok gemaakt. “Ik snap nu als echt hoe een klok werkt vertelt ze me. En ik snap nu pas hoe je moet programmeren. Daarvoor deed ik projecten met een Arduino en gebruikte ik andermans code. Dat is niet echt leren dus heb ik dit zelf geprogrammeerd.” Omdat ze vaak de code van andere niet begreep heeft ze veel werk gemaakt van de comments (kleine regels met uitleg) in haar code. “Zo kunnen andere leren en niet alleen dom kopiëren.” Ik kreeg hier even les van een leerling met een, zo dacht ik, simpel project. Dit moet ik zelf ook gaan doen. Wat een les.

img_9674

 

Hierna was het weer haasten naar het volgende onderdeel, de workshop van de dag: Units to build up, down, and out: possibilities with a laser cut building system. De workshop wordt door Erin Riley gegeven. Ze is docent kunst en ook één van de senior (hihi) fellows. Eigenlijk zou ik hier een hele aparte blogpost over moeten schrijven. Wat een prachtig materiaal. Hier zit zoveel liefde in. Erin is een baas! Het zijn zoveel indrukken dat ik niet weet waar te beginnen. Zoveel slimme technieken. Ze heeft een systeem bedacht dat in elkaar klikt waarmee je doosjes kan maken. Die doosjes kan je voor van alles gebruiken. Vandaag maken we er een lamp van. Om een voorbeeld te geven van hoe slim, mooi en handig Erin de dingen doet, we krijgen allemaal een eigen placemat met daarop de onderdelen die we nodig hebben. Zo hebben we een eigen werkplekje en we weten wat we nodig hebben. Het ziet er ook nog eens fantastisch uit! Sjonge wat een goed idee! Omdat ik weer helemaal opging in mijn eigen lamp heel ik niet veel foto’s. De foto’s die ik heb, staan hieronder. Ook Erin deelt weer alles met ons. Voor wie interesse heeft, laat het weten. Dit was briljant!

 

img_9726

 

Om het lab uit te komen kosten bij velen veel moeite. Je wil nog even dit maken, een beetje zus doen. We moesten er bijna uitgestuurd worden. Maar het lukt en we zitten allemaal klaar in de grote ruimte voor het laatste onderdeel, de slotkeynote. Ik ga hier niet teveel over zeggen (ik moet zo weer weg en deze blogpost moet af!). Het was interessant maar het ging vooral over de VS. Dit zijn de drie dingen die ik opgepikt heb:

  • Maken en leren moet zich niet alleen beperken tot de scholen. Bedrijven, universiteiten, bibliotheken, overal moet het maakonderwijs kunnen plaatsvinden.
  • We moeten de goede voorbeelden die er zijn niet kopiëren en overal invoeren. We moeten ons richten op het delen en de dialoog over de verschillende projecten.
  • Diversiteit, diversiteit. Voor iedereen op zoveel mogelijk manieren denkbaar. Bij de vragen voegde Jakub er nog en diversiteit aan toe. Niet alleen de VS.

Het zit erop. Het is voorbij. Mensen vallen elkaar in de armen, koffers worden gepakt. Deze gemeenschap, waar ik me nu zo onderdeel van voel, gaat uit elkaar. Ik voel opwinding, trots en weemoed. Na afscheid te hebben genomen gaan we nog één keertje met een paar fellows een biertje drinken. We vieren het goed, we zijn er nu toch, want we weten, dit is niet de laatste keer dat we elkaar zien! De fellows zijn tot een fellowship geworden. Dank jullie wel!

 

img_9663

https://theta360.com/s/p0Bjcp3f2NW675ShK9aiXZqFM

 

Fablearn (dag 2)

Na een onstuimige nacht, zowel buiten als binnen, loop ik om acht uur weer richting Stanford. Het is prachtig weer en ik geniet van het buiten zijn. Vooral het laatste stuk is heerlijk omdat de naaldbomen op de campus zo lekker ruiken! Onderweg zie ik tweets van Josh Ajima (aka DesignMakeTeach) die ook zo geniet van de wandeling. Josh doet geweldige dingen met 3D-printers, ik hoop dat hij mij het kan leren.

cu0yrikviaapdyf-jpg-large cu0yrnsvyaauq-r-jpg-large

Het programma van vandaag ziet er als volgt uit:

  • Keynote – Edith Ackermann
  • Educator Panel
  • High Tech Making Panel
  • Poster Session
  • Workshops & Educator Roundtables
  • Research Panel #1
  • Young Maker (Student) Panel #1
  • Wrap-up – Sylvia Libow Martinez

De praatjes van de panels moeten binnenkort online te vinden zijn. Ik zal daar verder niet veel over zeggen. Voor wie heel nieuwsgierig is: duik even in de time-line van #fablearn. Daar vind je veel reacties. Ik richt we nu op de dingen waar alleen mijn camera bij was: de postersessie en de workshop. Omdat het de wrap-up van Sylvia samenvalt in één zin, neem ik die ook nog even mee. Het zal weer niet een gedetailleerd verslag worden want wat was het weer intens vandaag, Zoveel leuke ontmoetingen, zulke gave dingen gezien. Je moet echt oppassen dat je niet de hele tijd in verwerkingsmodus schiet. Al die ideeën die maar oppoppen!

Na de prachtige, gekke, grappige en inhoudelijk zeer sterke keynote (zoek op!) van Edith Ackermann worden er wat projecten gepresenteerd. Gave projecten waar vooral het project van Colin Dixon en Street Arcade van de Plug-in Studio uit Chicago opvielen. Colin laat zijn leerlingen een probleem (de luchtvervuiling in de metro) duidelijke maken aan medereizigers. Dit gebeurt bv door een boekenlegger met een gekleurde LED die van kleur verandert wanneer de luchtkwaliteit achteruit gaat. Wanneer er meer boekenleggers in de metro zijn, ontstaat er zo een netwerk van sensoren. Zo zien andere reizigers gelijk hoe het met de luchtkwaliteit gesteld is. Heel erg tof! Het project van de Plug-In Studio is gewoon cool omdat het de Plug-in Studio is. Ze komen uit Chicago, dat zijn de Rotterdammerts van de VS, ze worden cool geboren. Leerlingen locale probleem laten adresseren doormiddel van een videogame die je dan met de hele wijk op een muur speelt. Dat is gers toch?

De posters dan nu. Zoals Paolo al duidelijke maakte in het begin van de dag, de helft van de bezoekers komt uit het onderzoek. Er wordt veel onderzoek naar allerlei aspecten van het maakonderwijs. De diversiteit en dat de onderzoeken naar het klaslokaal gericht zijn vielen mij op. Er waren onderzoekers uit allerlei disciplines bezig met de effecten van hun maakprojecten te onderzoeken. Geen theoretische bouwsels maar echt hands-on. Niet zelden doen de onderzoekers zelf de activiteiten met de leerlingen. Niet een paar keer maak vaak langdurig. Mooi om te zien en ik hoop ook inspirerend voor het Nederlandse onderzoeksveld. De hele ruimte zoemde van gesprekken die plaatsvonden. Echt overwacht goed dit. Welke Nederlandse onderzoeker gaat er anders volgend jaar mee om het zelf te ervaren? Er volgen zo wat beelden van de posters maar er is er een die ik er nog even uit wil lichten. Het is een poster met een woordenwolk erop. De leerlingen waren gevraagd hun gemeenschap te beschrijven, dir resulteerde in een woordenwolk. Daarna hebben de leerlingen geluiden gezocht of opgenomen die bij de woorden passen. Het resulteert in een interactieve poster (met een Bare touchboard) waar de woorden, wanneer je ze aanraakt, geluid maken. Zoiets zou je toch zo ben een taal kunnen doen? Of een mentorles zelfs!

img_9568

Na deze verrassing snel naar de workshop. Een workshop van de Tinkeringstudio! Hier had ik al zo lang op gehoopt, om een keertje een workshop van Ryan en Sebastian te volgen. Nu wordt die droom echt. Ik ben in goed gezelschap van veel fellows en senior fellows. Bij binnenkomst worden we vrolijk begroet, de zaal zit er geweldig uit. Er ligt LEGO op de tafels en er staan allerlei dingen klaar die muziek en/of geluid maken. Wat gaan we doen? Het is simpel. We mogen een uurtje klooien om een muziekmachine te maken. Daarna delen we onze ervaringen en krijgen we wat achtergrond. Beginnen maar. Ik werk met Ana Cabral samen, zij is de Deense fellow en net als ik kersvers. Op een rechtopstaand bord met gaten die precies met LEGO overeen komen, zit een motortje met daarin wat onderdelen van LEGO vast. Wanneer de motor aangaat, beginnen de onderdelen te bewegen. Ana en ik beginnen gelijk te prutsen met de posities in de stukken LEGO. We doen maar wat en het duurt niet lang of we vinden setting die hele vreemde bewegingen geeft. We moeten keihard lachen. Daarna houdt Ana het bord op z’n kop. Nog gekker! We proesten het uit. De bewegingen zijn heel groot en Ana ziet al snel mogelijkheid om een soort liggende harp erbij te halen. Het geeft een prachtig maar zacht geluid. Dat moet harder kunnen! We ontdekken ineens een tikkend geluid, dat is ook cool! Plots is er een sambabal, die moet er ook nog bij! Omdat de sambabal nier in de speciale houder (3D-ontwerp hier te vinden) past, tapen alles aan elkaar. Het dondert in elkaar, we worden verrast door de bewegingen en bedenken telkens nieuwe dingen. Tot we het signaal krijgen: nog 10 minuten en dan presenteren we onze machine. Welke machine? Wij hebben aan evolutie gedaan. In plaats van ons druk te maken over het eindresultaat experimenteren we luid lachend nog even door. In de laatste seconde ontdekken we nog iets heel erg gaafs! Dit gaan we laten zien. Bij het stopsignaal kijken Ana en ik elkaar aan. We lachen nog een keertje heel hard. Wat was dit leuk en wat lieten we ons gaan. Wanneer we een ronde maken zien we allemaal zien we allemaal geweldige muziekmachies. Met zorg en aandacht gemaakt. Wow, dat kon natuurlijk ook. We slikken even, dit is zo anders dan hoe wij te werk zijn gegaan. Wanneer we aan de beurt zijn maken we geen excuses. We hebben ons laten gaan en we hebben er van genoten. Wat een gave ervaring was dit. Het was lang geleden dat ik me zo kind heb gevoeld. We lieten ons volkomen door het materiaal leiden.

De workshop (hier een instructable van de workshop, inclusief ontwerp voor een legobord) wordt afgesloten met wat achtergrondinformatie over het project en de werkwijze van de Tinkeringstudio. Ook zij zijn telkens opzoek naar nieuwe manieren om dingen te doen. Wat ze bij dit project voor het eerst hebben gedaan is het delen via social media. Ryan roept iedereen op om je ideeën die misschien half af zijn snel te delen op twitter. Zo verzamel je een minigemeenschap om je heen en je idee wordt heel snel beter. Distributed R&D noemen ze het. Hij schreef er een blogpost over. Het zit erop, één van mijn wensen is uitgekomen. Heel anders dan gedacht maar man, wat een geweldige ervaring. We zeggen de mensen van de Tinkeringsudio gedag. Tot maandag zegt Ryan, hij heeft me uitgenodigd om in het Exploratorium te komen klooien! Een wens die twee keer uitkomt. Dat kan alleen maar in Californië.

Hierna ga ik weer alleen naar de grote zaal een werk aan een blogpost. Veel van wat de onderzoekers vertellen gaat aan me voorbij. Ik moet even bijkomen en mijn werk doen: dit delen. Wanneer de leerlingen hun werk gaan presenteren, let ik weer op. Dit is voor veel mensen het beste onderdeel van de dag. Zo hoort het ook. Ik ga er niet veel over zeggen, het binnenkort online te zien. Wat me vooral opviel is hoe eerlijk leerlingen zijn over hun leerproces. Alle fouten worden groots en zonde schaamte verteld. Wat een voorsprong, wanneer je dat al kan. De show word echter gestolen door een klein ventje uit Taiwan. Hij pakt met zijn brutale charme met gemak de hele zaal in. En dan vertelt hij ook nog eens over een mondiaal probleem, de opwarming van de aarde. Doe toekomst ziet er ineens heel zonnig uit.

De dag wordt afgesloten door Sylvia Martinez De beschermvrouwe van het maakonderwijs. Ze waarschuwt ons dat we moeten waken voor het moment dat het nieuwe eraf is. We moeten niet de zelfde dingen blijven zeggen, we moeten verder. Moeilijke dingen oplossen zoals assement en een curriculum. Maar als er één groep is die het kan, dan zijn wij het hier op fablearn.

“Go out and Make It Happen!”

 

Fablearn (dag 1)

Als je Fablearn Fellow wordt, neem je ook deel aan de Fablearn conferentie. Het is dé plek waar mensen die met maakonderwijs en onderzoek hiernaar bij elkaar komen. Dit is het verslag van de eerste dag.

Na een saaie vlucht (bijna alleen maar bewolking) en een hele, hele, lange nacht (ik viel om 19u om) word ik wakker in Palo Alto. Ik heb heerlijk geslapen in een geweldige airbnb. Prachtige wijk, eigen tuinhuis en een supergastvrouw, Marie-Jo. Direct wist ik dat ik de goede keuze had gemaakt en ik ben blij dat ik niet een hotel geboekt heb. Er is alvast één vriendelijke gezicht hier.

Na overleg met Marie-Jo loop ik naar Stanford. Een goede manier om de omgeving tot me te nemen, vertrouwde Marie-Jo me toe. Ze heeft nog een poncho voor me klaargelegd, het gaat namelijk regenen hier. Daar zijn ze echt blij mee want er heerst al jaren een droogte. Na 25 minuten lopen kom ik op het terrein van Stanford aan. Ik loop langs enorme sportvelden naar mijn bestemming. Ik tel vijf sporten onderweg met allemaal een eigen Stadion. Zelfs het zwemmen heeft een eigen stadion. Na nog eens 20 minuten kom ik aan bij het CERAS gebouw. Na een vriendelijke ontvangst en een naamsticker ga ik naar de workshop “How to Build a Planetarium from Scratch“.

Eén van de nieuwe fellows, Wojciech Karcz geeft de workshop samen met Jakub Bochinski. Beide zijn van het Copernicus Science Centre in Warschau. Zoals met veel goede maakopdrachten is het doel simpel, we moeten een planetarium bouwen. We mogen geen gebruik maken van digitale fabricage, alles moet met simpele materialen die op elke school (en een beetje bouwmarkt) wel te vinden zijn. Hoofdingrediënt is karton dat even voor de workshop uit de containers naast de boekenwinkel op de campus is gevist. We starten plenair met een bedenken wat een planetarium nodig heeft. We komen uit op drie dingen: structure, content delivery en creature comfort. Dit worden drie teams en iedereen wordt uitgenodigd om zich bij het team te scharen waar je je het meest prettig voelt. Vervolgens legt Jakub de werkwijze uit. We gaan een nieuwe methode gebruiken, “concurrent design”. We doen als teams alle fase van het ontwerpproces tegelijk en overleggen na elke fase in een multiteam overleg. Tijdens deze fase worden pas de knopen doorgehakt. Volgens Jakub wordt deze methode door NASA en nog wat multinationals gebruikt om grote of ingewikkelde projecten vorm te geven. Hieronder zie je de tijdlijn van het proces.

img_9416

In ons groepje (structure) verdelen we een vel papier in vieren zodat we eerst ons eigen idee kunnen najagen voordat we tot een gezamenlijk idee komen. Als snel vinden we allemaal het idee leuk waarbij de bezoekers liggen op de grond en alleen met hun hoofd in de koepel van het planetarium liggen. Zo hoeft de koepel minder groot te zijn en mensen liggen al in de goede stand. Dat het een koepel moet worden was iedereen het ook snel eens. Kom op, een koepel moet toch? Dit heeft natuurlijk wel een gevolg voor de twee andere groepen.

img_9395 img_9405 img_9485

In de groepsoverlegfase werden alle ideeën gedeeld en besproken. Dit werd geweldig gedaan door Jakub. Hij wist precies de juiste balans tussen de groepen te bewaren. Na deze fase volgt de eerste constructiefase waarin we onze ideeën gaan prototypen. Hier volgen wat beelden uit die fase. Van de andere groepen heb ik weinig beeld, we waren heel druk met onze eigen set problemen. Het was mooi om te zien dat nu het echt werd er ook getallen nodig zijn. Hoe groot moet de koepel, hoeveel mensen. welk materiaal?

img_9415 img_9409 img_9404

Bij de volgende overleg fase werden de ideeën weer gedeeld. Tijdens het maken zijn weer nieuwe ideeën ontstaan, er was wat wildgroei om het vriendelijk te zeggen. Tijdens het overleg heeft Jakub ons laten inzien dat de nieuwe opties de meeste invloed zouden hebben op het content delivery team. Zij hebben een veto. Na een kort overleg was het duidelijk: we bouwen een dichte koepel. Het andere idee was om stof te gebruiken en daar in een donkere ruimte dingen op te projecteren. Met een dichte koepel kan de ruimte licht blijven zodat er activiteiten om de koepel heen kunnen plaatsvinden. Dit had de voorkeur.

Hier volgen weer wat beelden van de tweede constructiefase. Chaotisch, intens, hectisch, maar bovenal heel vrolijk!

img_9418 img_9422 img_9425 img_9430 img_9432

De laatste overleg fase ging er soepel, er waren weer nieuwe ideeën ontstaan. Het was snel duidelijk wat de opties waren en wie er zeggenschap over zou moeten hebben. Wat ook leuk was is dat je na elke fase van team mag switchen. Ik ben in de laatste fase overgelopen naar het content delivery team. Het was te weinig te doen in mijn team en ik had nog een idee. De optie om te kunnen overlopen is geweldig. Het geeft altijd het gevoel dat je kan doen wat je wil en neemt het excuus (er is niets te doen) ook weg. Slim!

De laatste constructie fase gaat over finetunen, gevolgd door de testfase. Hier volgen weer een aantal beelden.

img_9438 img_9436 img_9451

Tot slot hebben we onze ervaringen gedeeld. Hier volgen wat opmerkingen en ideeën:

  • Het afstemmen van de fase met de groepen is waardevol. Het leidt tot overleg. Je moet je verhouden met de ideeën van de andere groepen. Dit is een belangrijke vaardigheid.
  • Het switchen van groepen is te gek!
  • Het kan met simpele materialen maar het is ook schaalbaar. Lasercutters, vinylsnijders kunnen makkelijke gebruikt worden.
  • De tijdlijn werkt erg goed.
  • Het maken van een show voor bezoekers werkt erg motiverend.
  • We hebben niets gedocumenteerd, dat zou beter kunnen.
  • Leerlingen in Polen moeten ook de fondsen werven, zo’n €500. Dit werkt ook motiverend. De leerlingen houden zelfs een boekhouding bij.
  • Tijd is een grote factor. Dit lukt eigenlijk alleen goed wanneer het een tijd achter elkaar kan.

Ik besef met dat dit verhaal niet helemaal sluitend is. Het is lastig om naast zoveel indrukken en activiteiten ook je verslaggeverhoed op te houden. Wanneer er dingen onduidelijk zijn, schroom dan niet om het te vragen. Hopelijk geeft het een aanzet om dit zelf ook eens te doen. Wij gaan het zeker eens proberen!

Na deze slopende workshop staat de avondlezing op het programma door niemand minder dan Leah Buechley. Ze was verlaat door het slechte weer hier waardoor het panel, dat normaal erna volgt, eerst was. Dat gaf hilarische situaties waarin de panelleden misbruik maakte van de afwezigheid van Leah. De boodschap van Leah was overigens zeer duidelijk.

img_9506

Haar oplossing is simpel. Maken is overal. Je moet het zien en als je het ziet moet je het benoemen. De lowrider cultuur, dat is maken. De irrigatiekanalen van de oude beschavingen, dat is maken. Grandmaster Flash die experimenteert met geluidsapparatuur, dat is maken. Wanneer we dit doen wordt het maken inclusief en niet alleen van blanke, rijke mannen van middelbare leeftijd.

Een mooi slot aan een hele lange dag vol met indrukken. Geweldig om een deel van de fellows, oud en nieuw, te ontmoeten. Het is een hele mooie en warme gemeenschap en eerlijk gezegd, ik ben er nu al trots op dat ik erbij hoor. Tot morgen!

Per-Ivar

Het Nieuwe Vak

img_8524Afgelopen schooljaar hebben we een nieuw vak gemaakt. In dit blog vertellen we over de aanleiding, het idee, de uitvoering, de resultaten en blikken we terug. Dit doen we om zelf alles op een rijtje te zetten, maar ook om onze ervaringen te delen.

DE AANLEIDING

Aan het einde van het schooljaar 2014-2015 werd duidelijk dat het vak Algemene Natuurwetenschappen (ANW) in het volgend schooljaar niet meer gegeven zou worden. Dat is best jammer aangezien we met Marten Hazelaar een meer dan geweldige leraar ANW hebben. Marten is een lopende encyclopedie, niet alleen voor ‘zijn’ vak maar eigenlijk voor het hele béta-spectrum. Het vak hield op te bestaan en twee uren vielen vrij. Met het vrijvallen van die uren ontstond het idee bij onze directie om iets ‘anders’ met die twee uren te doen. We maken een nieuw vak. Er spelen een aantal zaken binnen school die we met dit nieuwe vak gaan onderzoeken. We willen een beter VWO-profiel ontwikkelen en we willen de mogelijkheden van het maken binnen een curriculum ontdekken. Je zou kunnen zeggen dat we de creativiteit van leerlingen meer willen leren aanspreken om ze daarmee ‘vrijer’ te maken in het aanpakken van problemen. Dit is kortweg opdracht die we kregen van onze directie. Hoe het is gekomen weet ik niet meer, maar al heel snel werd een combinatie gemaakt met het vak kunst. Dit project zou door iemand uit de bèta-sectie samen met iemand uit de kunstsectie worden gedaan.

 

HACK YOUR SCHOOL

Tijdens een brainstormsessie (met beta-en kunstdocenten, toa en teamleider) in september probeerden we het nieuwe vak vorm te geven. Woorden die we naast maken balangrijk vonden bij het vak bleken ontwerpen, leren, vrijheid, verantwoordelijkheid, uitdaging en show/eindpresentatie te zijn. En we formuleerden samen de hoofdopdracht ‘Hack Your School’. YEAH!! Een hele fijne opdracht vonden we direct. Een opdracht die gaat over hun en ook ons tweede huis en die vraagt dat huis kritisch te bekijken en (liefst met humor) aan te passen. Een beetje een lekker ruige opdracht ook. En heel goed technisch of kunstzinnig en alles wat daartussen of daarbuiten ligt op te lossen. Per en ik zouden de lessen een half jaar later gaan geven en dus verder gaan uitwerken. We kozen als definitie van hacken: het (vaak) op creatieve wijze zoeken naar gaten in of nieuwe mogelijkheden in een systeem.

In de tussentijd hackte ik mijn leven. Ik kreeg een kind. Vandaar dat er wat tijd tussen zat voordat Per en ik de draad weer oppakten..

In januari maakten we een opzet voor het komende halfjaar. We starten met een inleidende opdracht die de leerlingen voorbereidt op het hele proces. Een ‘Hack Your School’, maar dan in het klein. We zijn uitgekomen bij uit ‘Hack Your Classmate’: de leerlingen krijgen een tafel vol materialen (karton, papier, ballonnen, schmink, tape) en moeten na een een korte ontwerpfase een medeleerling hacken en de hack presenteren aan de rest van de groep. Iedereen hackt en iedereen wordt gehackt. Whraahhhhh. Naast een voorbereiding op het proces willen we leerlingen inspireren/op gang helpen door veel voorbeelden te laten zien van (creatief) hacken. We maken allebei een presentatie vanuit onze eigen interesse/vakgebied. Hierna gaan de leerlingen zelf aan de slag gaan met de hoofdopdracht; eerst brainstormen en schetsen, later het uitvoeren van de hack. Bij het hacken van de school zijn alle media, materialen en technieken toegestaan. We eindigen met een grote expositie (in welke vorm dan ook). De leerlingen houden het hele proces bij in een dummie en delen hun proces d.m.v. een blog.

Een voorbeeld van een blog.

 

DE UITVOERING

Hack Your School, met dat idee zijn we het nieuwe vak gestart. We wisten niet hoe de leerlingen op onze ideeën zouden reageren dus kozen we ervoor om een deel van de uitwerking ‘on the fly’ te doen. Zo zijn we in staat om te reageren wanneer het anders loopt dan wij hebben bedacht. Na een korte introductie over wat de bedoeling is zijn we aan de slag gegaan.

Hack Your Classmate

Met deze opdracht willen we het proces in het klein doen zodat de leerlingen een idee krijgen wat er op ze afkomt. We zijn begonnen met het begrip ‘hacken’ te belichten uit verschillende perspectieven. Petra vertelde over bekende hacks en vroeg zich af wat de essentie van een hack is. Per-Ivar liet zien dat een hack vaak een ander gebruik van materialen/technieken is. De opdracht is simpel: Hack Your Classmate. Wij beide hebben voor deze opdracht beperkt materiaal neergelegd. Divers restmateriaal zoals dopjes, knopen, kurken, schuim, schmink, karton, ledjes en verder veel karton en nog meer karton. Hiermee mogen de leerlingen aan de slag.

 

Hack your school

Bij de grote opdracht zijn we begonnen met een meer formele idee-fase. Bij ‘Hack Your Classmate’ was het meer informeel al wezen de leerlingen hier wel op. We moedigen aan dat ze al hun ideeën in de dummie vastleggen. De idee-fase werd afgesloten met een ideeëntester.

presentatie2

Na overleg waren we niet zo tevreden over de ideeën. Het waren vaak simpele aanpassingen aan de school. Meer banken in de gangen zodat je beter kan chillen en meer van dat niveau. We hebben veel gepraat; hoe kan dit? Iets waar wij van dachten dat het duidelijk was, werd door zeer weinig leerlingen opgepikt. De conclusie was vrij helder: Wij hebben iets niet goed gedaan. Na veel praten zijn we er op uitgekomen dat hacken en school beide redelijk abstracte begrippen zijn. Bij ‘hack your classmate’ bleek het hacken (doordat je je klasgenoot goed kent) veel makkelijker. We besluiten daarom een tussenopdracht te doen: Leer je school kennen.

 

Tussenopdracht: Onderzoek De School

Om meer grip te krijgen op het onderwerp, de school, hebben we de school onderverdeeld. De leerlingen, de lessen, het rooster, het gebouw… Met de leerlingen kiezen we voor een verdeling. Wij maken groepen door te nummeren (om zo de vaste groep te doorbreken) en geven de opdracht om een deel van de school te onderzoeken. De resultaten moeten in scratch gepresenteerd worden. Zo kan iedereen profiteren van elkaars werk. Hoe je het onderzoek doet, wat je precies in scratch doet, is vrij. Dit onderdeel becijferen we waarbij naast onze beoordeling de leerlingen elkaar ook bedoordelen. Hiervoor hebben we deze matrix (beoordeling-onderzoek-hack) gebruikt.

Voorbeeld van een Scratch-project.

 

Hack Your School (vervolg)

De evaluatie van de tussenopdracht was positief. We zien het ook terug wanneer we de grote opdracht weer oppakken. Vanuit de tussenopdracht blijven een aantal random gemaakte groepen intact en ontstaan er veel ideeën. De leerlingen hebben duidelijk meer grip al blijft het voor sommige nog steeds erg lastig. Na nog wat overleg hier of daar hebben alle groepen een idee waarmee ze uit de voeten kunnen. Veel materialen hebben we al in huis, de Populier is in 15 jaar praktisch werken een schatkamer van spullen geworden. De overige spullen werden besteld zodat iedereen aan de slag kon.

De tussenopdracht heeft er wel voor gezorgd dat de planning anders loopt dan we vooraf dachten. Het werd zo krap om alles af te krijgen dat we in samenspraak met de leerlingen hebben besloten het delen op een podium over te slaan. De eindbeoordeling wordt door de docenten gedaan. Hiervoor gebruiken we een aangepaste versie van de matrix waarbij we product (de hack) en het proces (blog en dummie) beoordelen. We hebben de beoordeling eerst onafhankelijk van elkaar gedaan. Voor het eindcijfer hebben we elke hack, dummie en blog nog eens bekeken en de scores vergeleken. We zaten heel vaak op het zelfde cijfer en de grootste afwijking was een half punt.

Filmpje van de hack van Hugo, Quinn en Jeroen.

 

TERUGBLIK

De leerlingen en wij vonden de start moeizaam. Het was zoeken naar de juiste modus. We hebben het vak afgesloten met een evaluatie en daaruit bleek dat de leerlingen uiteindelijk overwegend positief zijn. Moeilijk en leuk was de samenvatting bij velen. Wel hebben de leerlingen behoefte aan meer duidelijkheid. Dat nemen we, samen met nog meer punten, mee naar komend jaar.

Wat was dit geweldig om te doen. Een eigen vak maken is al leuk, maar om het samen te doen, dat is te gek! Een ervaring delen maar dan vanuit elkaars perspectief was een geweldige, verslavende, ervaring. We hebben allebei dingen geleerd van elkaar die we niet alleen bij dit vak maar ook bij onze eigen vakken inzetten.

We kijken er naar uit in januari weer te starten met een nieuwe groep. En we bevelen het meer dan aan: Is de mogelijkheid daar, maak een nieuw vak met een docent uit een andere discipline. Ze bijten niet. En kunnen je heel veel leren.

Petra docent kunst

&

Per-Ivar docent biologie